GroenLinks verzet zich tegen de plicht voor ouders om thuis Nederlands te spreken met hun kinderen. Raadslid Judith Bokhove vindt dat het correct leren van de oorspronkelijke moedertaal juist helpt bij het leren van Nederlands.

Het idee voor het opleggen van de Nederlandse taal achter de voordeur staat in het Nationaal Programma Rotterdam Zuid. Volgens wethouder Karakus gaat het niet om een harde plicht met een sanctie, maar om ‘een verwachting’ die aan ouders kenbaar wordt gemaakt. ‘Los van het feit dat dit niet te handhaven is, zit hierin ook een denkfout’, zegt GroenLinks-raadslid Judith Bokhove, die logopediste is van beroep. ‘Meertalige opvoeding is juist enorm goed voor een kind en voor zijn taalgevoel- en taalkennis.’

Volgens Bokhove zijn de voorwaarden om goed een taal te leren universeel. ‘Het gaat om goed oogcontact, een goede luisterhouding, beurtgedrag en imitatie. Het maakt niet uit in welke taal dit geoefend wordt en als je jong genoeg met een tweede of zelfs derde taal in aanraking komt, leer je die ook als vanzelfsprekend.’ Bokhove vindt dat Nederlandse taalachterstand bij kinderen daarom opgelost moet worden met goed onderwijs en eventueel met extra taallessen. ‘Ouders dwingen om in gebroken Nederlands met hun kinderen te praten helpt zeker niet. Dat leidt juist tot slechtere prestaties

Bokhove is ook teleurgesteld dat het Nationaal Programma voor Rotterdam Zuid door alle bezuinigingen is uitgekleed en nu vooral uitgaat van ‘burgerkracht’. ‘Ik blijf denken aan een theezakje. Bij de eerste keer dompelen is het nog sterk, bij de tweede keer dompelen draagt het rijk alleen nog bij aan onderwijs. Nu zijn we aanbeland bij de derde keer dompelen en blijft er alleen nog een slap aftreksel over met symboolmaatregelen, zoals het verplicht Nederlands spreken achter de voordeur. Zo’n wassen neus kost niets, maar het leidt ook tot niks.‘