De huurstijging voor mensen met een volkstuin moet worden teruggedraaid. Dat vindt GroenLinks-raadslid Nourdin el Ouali. Op sommige complexen is de huur dit jaar met meer dan 52 procent gestegen. Ook moet het historisch gegroeide prijsverschil tussen complexen in verschillende deelgemeenten op de helling.

Rotterdam telt 45 complexen met opgeteld ongeveer 5000 moestuinen en verblijfstuinen. De tuincomplexen zijn ruim twee jaar geleden door de gemeentelijke dienst Sport en Recreatie overgedragen aan het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR). Voorafgaande en ook na afloop van die overdracht is er geen grootschalig onderhoud gepleegd, waardoor de rekening om het achterstallig onderhoud weg te werken inmiddels is opgelopen tot 5,8 miljoen euro.

GroenLinks wil dat de miljoenen die in de afgelopen jaren niet zijn uitgeven aan onderhoud alsnog terug gaan naar de tuinders. ‘Het OBR rekent de kosten voor het wegwerken van het achterstallig onderhoud nu door aan de tuinders, terwijl deze mensen via hun huur al hebben betaald voor datzelfde onderhoud’, zegt El Ouali. ‘Dat geld moet boven water komen, zodat we daarvan het achterstallige onderhoud kunnen betalen en de huren laag kunnen blijven.’

El Ouali wil verder dat tuinderverenigingen mogen besluiten welk onderhoud zij nodig vinden of welke klusjes zij eventueel zelf kunnen doen. ‘Handige mensen kunnen zo de huur drukken als zij dat willen’, aldus El Ouali. ‘Los hiervan zijn er enorm luxe complexen met een verlicht parkeerterrein, een goed restaurant en met luxe toiletten. Er zijn ook complexen waar de voorzieningen juist minder goed zijn en dat zien huurders niet terug in de huurprijs. Het is historisch zo gegroeid dat de huur van tuinen per deelgemeente verschilt en niet naar de aard en voorzieningen van een complex. Dat is onlogisch. Kortom, het mes moet erin en de huren moeten worden aangepast, zodat elke Rotterdammer die dat wil lekker kan tuinieren.’