Bezuinigen op kunst is geen spelletje tussen links en rechts. Dat vindt Dion Koeze, actief in de jongerenafdeling van GroenLinks Rotterdam. Hij is op de opiniepagina van de Volkskrant met PVV-kamerlid Martin Bosma in debat over de retoriek in het debat. Koeze: ‘Inhoudelijke discussie uit de weg gaan door een hele sector weg te zetten als 'links' verbloemt vooral de inconsequenties van de PVV zelf.’
De discussie zou moeten gaan over ideeën en visies op de rol van de overheid bij kunst, vindt Koeze. ‘Veel kunstenaars hebben reguliere banen en ontvangen geen subsidie. Het kan dus best kloppen dat de PVV niet per definitie tegen kunst is, maar alleen tegen gesubsidieerde kunst. In die visie bepaalt dan wel de markt de waarde en de waardering van kunst. Hierdoor krijgt kunst een andere betekenis. Kunstenaars moeten hun eigen boontjes doppen, waardoor kunst niet meer los kan staan van economische belangen en van marktwerking. Het beoefenen van minder commerciële kunst wordt dan letterlijk gereduceerd tot een hobby.’
Volgens Koeze betitelt de PVV kunst onterecht als ‘links’. 'PVV’er Martin Bosma wijst er nota bene zelf op dat gemeenten met linkse wethouders ook bezuinigen op kunst. Ze kunnen vaak niet anders door krimpende gemeentelijke begrotingen. Tegelijk beweert hij dat actievoerders niet de straat op gaan tegen bezuinigingen die door linkse partijen worden voorgesteld. Alsof kunstenaars en musea het prima vinden als ze door een linkse partij om zeep worden geholpen. Dat is suggestief en niet waar.’
Koeze zegt dat het de PVV goed uitkomt om linkse partijen en de kunstwereld op één hoop te gooien. 'Daardoor probeert hij enerzijds op inconsequenties te wijzen -links bezuinigt op kunst en toch is kunst links- en tegelijk kan hij met dezelfde retoriek tekeer gaan tegen zowel linkse partijen als de kunstwereld. Het vreemde is echter dat de PVV Frits Bolkestein niet aanpakt, terwijl Bolkestein vóór kunstsubsidiëring is. Blijkbaar verdient Bolkestein wel steun van de PVV, omdat hij kunst wil financieren met geld uit ontwikkelingshulp. Als arme landen kunstenaars financieren, heeft de PVV dus geen problemen met kunstsubsidies en is marktwerking ineens niet nodig’, zegt Koeze. ‘Dat getuigt niet van een duidelijke visie op de functie van kunst in de samenleving.'