De Stadsregio Rotterdam hoeft de RET niet af te stoten. Minister Schultz (Infrastructuur en Milieu) wilde de drie grote steden dwingen tot openbare aanbesteding en verkoop van hun ov-bedrijven, maar door steun van de Eerste Kamer voor een initiatiefwet van GroenLinks, SP, PvdA en D66 is dat van de baan.

Het wetsvoorstel voor goed openbaar vervoer maakt het Amsterdam, Den Haag en Rotterdam mogelijk om hun eigen vervoersbedrijf te houden. GroenLinks-Tweede Kamerlid Liesbeth van Tongeren is blij met de steun in de Eerste Kamer. ‘De steden hebben hierdoor het heft nu weer in handen en kunnen zelf handelen in het belang van de reizigers. De vervoersbedrijven leveren over het algemeen goed werk, ik zie geen aanleiding hen dit te ontnemen.’

De kabinetsplannen van VVD, CDA en PVV schreven een verplichte aanbesteding voor, waardoor de drie publieke vervoersbedrijven RET, GVB en HTM verkocht moesten worden. 'Nu de verplichte aanbesteding van de baan is, gaan wij ervan uit dat Amsterdam, Rotterdam en Den Haag ervoor kiezen om hun openbaar vervoer in eigen hand te houden', zegt Van Tongeren. ‘Het openbaar vervoer is de ruggengraat van het verkeer in de grote steden. De twee miljoen reizigers die hier dagelijks gebruik van maken, moeten verzekerd kunnen zijn van kwaliteit.'

Bij het afsluiten van het Lenteakkoord over de begroting voor 2013, had GroenLinks ook al bedongen dat een groot deel van de bezuinigingen van VVD, CDA en PVV op het stedelijke openbaar vervoer worden terugegdraaid. Rotterdam krijgt daardoor tien miljoen euro extra om de bezuinigingen te verzachten.