De Rotterdamse gemeenteraad debatteert vandaag over de coalitiecrisis die is ontstaan door het opstappen van wethouder Schneider (Leefbaar Rotterdam) en de overstap van raadslid Mo Anfal van Leefbaar Rotterdam naar NIDA. Namens de zeven oppositiepartijen werd de vergadering geopend met deze verklaring:

Voorzitter,

Ik sta hier nu namens 7 fracties die sinds 2014 samen méér Rotterdamse kiezers vertegenwoordigen dan de coalitiepartijen. Ik sta hier namens de 7 fracties in dit huis die oppositievoeren tegen de coalitie. Een coalitie, die niet langer beschikt over een meerderheid van zetels. Want hoe je er ook over denkt: feit is dat sinds maandagavond de oppositie een meerderheid van de zetels in dit huis heeft.

De 7 oppositiefracties namens wie ik spreek dienen en bewaken de belangen van Rotterdam en de Rotterdammers. Dat was zo en dat blijft zo. Rotterdammers zijn niet gebaat bij politiek bestuurlijke onzekerheid. Rotterdammers hebben geen baat hebben bij een vechtcollege. Zij hebben geen baat bij doormodderen of bestuurlijke verlamming. Rotterdammers mogen niet de dupe worden.

Die verantwoordelijkheid moet iedere fractie, ieder raadslid voelen en wij gaan ervan uit dat die verantwoordelijkheid raadsbreed gevoeld wordt. Iedere fractie is schatplichtig om een weg uit de ontstane politieke crisis te zoeken. Een weg die recht zal moeten doen aan de nieuwe verhoudingen in de raad en recht zal moeten doen aan de belangen van de stad.

Namens de 7 fracties die de oppositie vormen, wil ik een aantal voor dit debat essentiële vragen voorleggen aan de fracties van Leefbaar Rotterdam, het CDA en D66. Ik wil u ook verzoeken hen na mij het woord te geven.

Voorzitter, de afgelopen dagen kregen wij via de media verschillende signalen. 

Van de fractievoorzitter van Leefbaar Rotterdam begrepen wij dat hij mikt op een minderheidsbestuur, waarbij het college nog beter zijn best zal moeten doen om voor voorstellen een meerderheid in de raad te vinden.

Van de fractie van het CDA begrepen we weer dat wat hen betreft gezocht moet worden naar gedoogsteun of uitbreiding van de coalitie met een of meerdere partijen.

Ondertussen zijn enkele partijen uit de oppositie door het college uitgenodigd voor gesprekken. Maar laten we helder zijn: wat ons betreft is het nu is nu aan de raad om het debat te voeren over wat de stad politiek bestuurlijk hard nodig heeft. En dat debat voeren we als raadsfracties onderling.

Onze vragen aan de coalitiefractie:

1 Hoe denkt u tot een oplossing te komen voor de ontstane politieke crisis?

2 Wat kunnen wat u betreft de gevolgen zijn voor het gemeentelijk beleid, de bijgestelde begroting, de voorjaarsnota, de komende begroting?

3 Hoe lang mag het wat u betreft duren voordat er een oplossing op tafel ligt en wat betekent dat volgens u voor de besluitvorming over de voorjaarsnota komende week?

De stad kijkt toe en wil van ons, de raad, weten hoe de politiek omgaat met de ontstane politieke crisis. Het zou onbestaanbaar zijn als we dan tot een oplossing zouden komen zonder openbaar raadsdebat. Als die oplossing gevonden wordt die kan steunen op een meerderheid van de raad dan moet dat zich in deze raadszaal openbaren, een oplossing waar de gehele raad openbaar een oordeel over kan vormen en uitspreken.